Medicatie bij blaasvolumetraining
Contact
Er zijn diverse soorten medicijnen die voorgeschreven kunnen worden om blaasproblemen op te lossen.
Anticholinergica is een verzamelnaam voor blaasmedicijnen. Deze worden voorgeschreven bij kinderen bij wie een vermoeden van een overactieve blaas bestaat. Bij gebruik van een anticholinergicum zult u merken dat uw kind minder vaak hoeft te plassen en minder of niet nat is. Het middel heeft invloed op de samentrekking van de blaasspier, een spier die we, net als de hartspier, niet met onze wil onder controle hebben. Hierdoor voelt het kind minder snel aandrang en kan de blaas getraind worden meer urine te bevatten.
Op deze pagina snel naar
Meer over medicatie bij blaasvolumetraining
De anticholinergica worden in principe voor 3-4 maanden voorgeschreven. Het middel geeft meestal een blijvend resultaat in combinatie met training. Bij alle anticholinergica kan er urine achterblijven in de blaas na het plassen. Dit wordt bij een volgend bezoek aan de polikliniek gemeten. Uw kind moet daarom met een gevulde blaas komen, zodat hij op de flowmeter kan plassen.
Hieronder vindt u een overzicht en korte uitleg van de meest gangbare voorgeschreven middelen. De uitgebreide uitleg en bijwerkingen kunt u in de bijsluiter lezen. Bij twijfel over verschijnselen die mogelijk te maken hebben met het innemen van de voorgeschreven medicatie, belt u met de kinderpoli. De urotherapeut of kinderarts zal dan in overleg met u bepalen of de medicatie gestopt moet worden.
Oxybutinine of Dridase®
Dit medicijn moet 2 a 3 x daags ingenomen worden bij de maaltijden. De werkingsduur is ongeveer 6 tot 8 uur. Het middel werkt na een dag al. Oxybutinine kan voor een moeilijke stoelgang zorgen. Bij veranderingen in het ontlastingspatroon moet u telefonisch contact met de kinderpoli op nemen.
Kinderen klagen wel eens over een droge mond, daarom adviseert de tandarts om kinderen 1 maal extra per dag de tanden te laten poetsen om cariës te voorkomen. Daarnaast kan er misselijkheid, duizeligheid, wazig zien of hoofdpijn voorkomen. Er zijn kinderen die gedragsveranderingen tonen in de zin van prikkelbaarheid of dwars zijn. Bij warm weer boven de 30 graden zult u de dosering moeten stoppen/halveren.
Oxybutinine is geregistreerd vanaf de leeftijd van 5 jaar; dit betekent dat de werking uitgebreid is onderzocht en ook dat het veilig is. Ook onder de 5 jaar is het middel onderzocht en blijkt het te werken en veilig te zijn. Indien het door de arts aan kinderen onder de 5 jaar voorgeschreven wordt, heet dat “off-label” gebruik.
Het kan voorkomen dat uw kind bijwerkingen heeft van oxybutinine, waardoor het middel gestopt moet worden. Alternatieven zijn tolterodine of solifenacine. Beide middelen zijn niet geregistreerd voor kinderen. Beide middelen zijn wel onderzocht voor wat betreft werking en veiligheid bij kinderen en worden regelmatig off-label voorgeschreven.
Tolterodine of Detrusitol®
Er zijn 2 soorten. De capsules met gereguleerde afgifte worden eenmaal daags ingenomen bij het ontbijt en werken 7-18 uur. Ook zijn er tabletten met direkt afgifte die tweemaal daags (ontbijt en avondeten) worden ingenomen en 2-10 uur werken. Kinderen kunnen een droge mond krijgen, daarom adviseert de tandarts om kinderen 1 maal extra per dag de tanden te laten poetsen om cariës te voorkomen. Daarnaast kunnen er hoofdpijn, maagdarmstoornissen of wazig zien optreden. Bij warm weer boven de 30 graden zult u de dosering moeten stoppen/halveren.
Solifenacine of Vesicare®
Dit middel moet 1 x per dag bij het ontbijt/avondeten (bij een overactieve blaas in de nacht) worden ingenomen. De werkingsduur is bijna 24 uur. Kinderen kunnen een droge mond krijgen, daarom adviseert de tandarts om kinderen 1 x extra per dag de tanden te laten poetsen om cariës te voorkomen. Daarnaast kunnen er klachten zijn van misselijkheid, buikpijn of wazig zien. Er kan een verandering in het ontlastingspatroon optreden. Meestal is het resultaat van dit middel na een week goed merkbaar. Bij warm weer moet de dosering worden gehalveerd of weggelaten (de tabletten mogen niet doormidden).
Expertise en ervaring
De kinderartsen van het St. Antonius Ziekenhuis hebben bijzondere expertise op het gebied van diabetes, eczeem, hoofdpijn, keel-, neus- en oorproblemen, langdurige buikpijn, long- en bovenste luchtweginfecties, overgewicht, urineweg- en plasproblemen neurofibromatose type 1, ontwikkelingsachterstand, syndroom van Down, vroeggeboorten en huilbaby’s en groei- puberteits- en andere hormoonziekten.