St. Antonius doet aanvullend onderzoek naar prostaatkanker bij de huisarts
Bij mannen met een hoog PSA en daarmee een verhoogd risico op prostaatkanker is aanvullend onderzoek belangrijk. Dat gebeurt meestal in het ziekenhuis, maar het kan ook dichter bij huis. Het St. Antonius is in samenwerking met een aantal huisartsenpraktijken in de regio een project gestart, waarbij al bij de huisarts een echo van de prostaat wordt gemaakt. Hierdoor kunnen onnodige verwijzingen worden voorkomen. Een uitkomst, zeker in deze tijd, waarin de druk op de ziekenhuizen toch al groot is.
Elke donderdagochtend stapt Wilbert Ackema, verpleegkundig specialist van de poli Urologie van het St. Antonius, in zijn auto voor een rondje langs een aantal huisartsenpraktijken in de regio. Naast hem ligt een mobiel echoapparaat, waarmee hij de prostaat van mannen met een verhoogd PSA onderzoekt. Mannen met een hoog PSA hebben meer risico op prostaatkanker en een echo wijst uit hoe groot dat risico precies is. “Door de echo al bij de huisarts te maken, hoeft een patiënt vaak helemaal niet naar het ziekenhuis”, aldus Ackema.
Terugdringen MRI’s
Ackema onderzoekt de prostaat en berekent vervolgens wat het risico is op prostaatkanker door alle gegevens in te voeren in de Prostaatwijzer(externe link). “Als het risico op prostaatkanker zeer laag is, dan krijgen patiënten geen verwijzing voor verder onderzoek in ons ziekenhuis. Is er wel een reëel risico, dan krijgen patiënten een verwijzing voor een MRI van de prostaat in het ziekenhuis”, legt Ackema uit. “We hopen dat we dankzij deze aanpak het aantal MRI’s bij deze behandeltrajecten kunnen terugdringen met 20 á 25 procent. Tegelijkertijd ontstaat er zo meer ruimte om de MRI in te zetten bij behandelingen waarbij dat écht nodig is.”
De eerste ervaringen met het project zijn positief. “We kunnen tot op heden zelfs vaker dan verwacht mannen geruststellen. Zij hoeven na de echo dus niet meer naar ons ziekenhuis voor verder onderzoek.” Het project past bovendien helemaal in de visie van het St. Antonius om zorg zo dicht mogelijk bij patiënten thuis aan te bieden. Ook de mannen zelf zijn enthousiast. “Ze weten sneller waar ze aan toe zijn en vinden het erg fijn dat ze dichterbij huis geholpen worden.”