Nieuwsoverzicht

Slaaponderzoek tegenwoordig bijna altijd thuis

Vrouw in bed met een Watchpat, een vorm van slaapregistratie-onderzoek

Een nachtje blijven in het ziekenhuis voor onderzoek naar slaapstoornissen hoeft vaak niet meer. De meeste onderzoeken vinden tegenwoordig thuis plaats, in eigen bed. Dat is prettiger voor de patiënt, beter voor het onderzoek en doelmatiger voor het ziekenhuis. Het past in het beleid om patiënten zo veel mogelijk thuis te helpen. Dat schept ruimte voor zorg aan andere patiënten.

15 maart is de jaarlijkse Internationale dag van de slaap waarin aandacht gevraagd wordt voor het belang van goed slapen, onderzoek en behandeling van slaapstoornissen. Ongeveer een kwart van de mensen slaapt slecht. In veel gevallen gaat dat vanzelf over, maar als iemand langer dan zes maanden last heeft van slaapproblemen spreken we van een slaapstoornis. Om te onderzoeken wat de oorzaak is van een slaapstoornis, is na de intake met een specialist vaak een slaaponderzoek nodig.

Jaarlijks behandelt de afdeling Slaapgeneeskunde van het St. Antonius Ziekenhuis zo’n 6000 mensen met slaapklachten. Als een slaaponderzoek nodig is, moesten patiënten voorheen altijd een nachtje in een slaapkamer van het ziekenhuis doorbrengen. Nu gebeuren die onderzoeken in 95 procent van de gevallen thuis. Alleen als ook videobeelden nodig zijn, bijvoorbeeld omdat een patiënt ’s nachts bijzonder gedrag vertoont, worden onderzoeken nog in het ziekenhuis gedaan. Dit geldt ook voor patiënten die extra medische zorg nodig hebben. 

Patiëntvriendelijker onderzoek door voortschrijdend elektronische ontwikkeling

Door voortschrijdend elektronisch inzicht zijn de apparaten waarmee de onderzoeken worden gedaan in de loop der jaren steeds kleiner geworden en daarmee patiëntvriendelijker. Ze kunnen eenvoudig thuis gebruikt worden. Vaak gaat het tegenwoordig om een apparaatje dat lijkt op een horloge en het slapen registreert. De gegevens worden later in het ziekenhuis uitgelezen en geanalyseerd.

Voordeel van een onderzoek thuis is dat de patiënt zijn eigen slaapritme kan aanhouden en niet hoeft af te wijken van zijn/haar gebruikelijke bed- en avondroutines. Hierdoor komen de slaap en daarmee de resultaten van het onderzoek beter overeen met de werkelijkheid, dan wanneer de patiënt in een voor hem onbekende ziekenhuiskamer slaapt.

Bovendien zijn de onderzoeken thuis kostenbesparend, want er hoeft ’s nachts geen zorgverlener aanwezig te zijn. In deze tijden van stijgende zorgkosten en tekort aan personeel is dat een belangrijk bijkomend voordeel. Daardoor kunnen ook meer mensen geholpen worden.

 

Terug naar boven