Behandelingen & onderzoeken Interne Geneeskunde

Arginine stimulatie test bij verdenking diabetes insipidus

Deze test wordt gedaan om vast te stellen of u diabetes insipidus heeft. Dit is een zeldzame aandoening en komt bij ongeveer 1 op de 25.000 mensen voor. 

De symptomen zijn overmatige dorst en vaak moeten plassen (grote urineproductie). Het kan ook zijn dat er een andere oorzaak is dat u veel plast. Deze test geeft hier meer duidelijkheid over.  

Voorbereiding

U moet op de dag van het onderzoek vanaf 00:00 nuchter zijn. Dat betekent dat u vanaf 12 uur in de avond niets meer mag eten.

U mag tot 2 uur voor het onderzoek – dus tot 6:00 uur ’s ochtends - nog wel iets drinken, daarna niet meer. Wanneer u een medicijn genaamd 'desmopressine' gebruikt, moet u 24 uur voor de test met dit medicijn stoppen. Als dit bij u het geval is, krijgt u dit van uw arts te horen. 

Onderzoek

U wordt om 8:00 uur opgenomen op de Dagbehandeling. De verpleegkundige brengt een infuusnaald in en meet uw bloeddruk. Na een halfuur dient de verpleegkundige een medicijn toe in het infuus, genaamd 'Arginine'.

Hierna neemt de verpleegkundige in totaal 6x bloed bij u af, met tussenpozen van een kwartier tot een halfuur. De eerste keer na het medicijn wordt het bloed met een apart naaldje afgenomen. Daarna wordt het bloed in principe uit de infuusnaald gehaald, dus wordt u niet steeds geprikt. Dit duurt tot ongeveer 10:30.

De verpleegkundige zal bij het afnemen van het bloed ook steeds uw bloeddruk meten. Daarnaast moet u een aantal keer wat urine inleveren. Het onderzoek duurt in totaal meestal 2,5 uur. Na de laatste bloedafname wordt de infuusnaald verwijderd en krijgt u hier wat te eten en drinken.

Bepalen Copeptine waarde 

Soms wordt een aanvullend bloedonderzoek gedaan, waarbij de Copeptine waarde in het bloed wordt gemeten. Een verhoogde Copeptine waarde kan wijzen op een andere vorm van diabetes insipidus.

Nazorg

De uitslag

De uitslag krijgt u van uw arts op de poli. Dit is meestal na een week. De afspraak hiervoor krijgt u na het onderzoek mee van de verpleegkundige. Na de toediening van arginine zou u wat misselijkheid kunnen ervaren. 

Behandeling met Desmopressine

Bij diabetes insipidus wordt soms gestart met 'Desmopressine'. 

Expertise en ervaring

De internisten van het St. Antonius behandelen klachten zoals (langdurige) koorts, gewichtsverlies, chronische vermoeidheid, hoge bloeddruk, aderverkalking, infecties en vele andere ziekteverschijnselen en aandoeningen. 

Ook zijn de internisten gespecialiseerd in deelspecialismen, zoals:

  • stofwisselingsstoornissen, afwijkingen in de hormoonhuishouding, schildklieraandoeningen en diabetes (endocrinologie);
  • diabetes (diabetologie);
  • kanker (oncologie);
  • ouderengeneeskunde (geriatrie);
  • ziekten van bloed, beenmerg en lymfeklieren, bloedarmoede (hematologie);
  • nierziekten en nierfunctiestoornissen (nefrologie);
  • vaatziekten en cholesterolproblemen (vasculaire geneeskunde).

Antidiuretisch hormoon (ADH)

De hoeveelheid urine die wordt aangemaakt, wordt geregeld door verschillende systemen in het lichaam. Met name de hypofyse (hormoonklier onderaan de hersenen) en de nieren spelen hierin een belangrijke rol. De hypofyse maakt antidiuretisch hormoon (ADH) aan om de urineproductie te reguleren.

Het antidiuretisch hormoon (ADH) reguleert de uitscheiding van urine door de nieren. Wanneer het lichaam uitgedroogd raakt, zorgen de hersenen ervoor dat ADH aan de bloedbaan wordt afgegeven. Dit stimuleert de nieren om vocht vast te houden. Bij diabetes insipidus maken de hersenen te weinig ADH of de werking van ADH is verminderd. Hierdoor houden de nieren weinig vocht vast en plast iemand veel. 

Tijdens deze test krijgt u arginine toegediend. Dit medicijn stimuleert de aanmaak van ADH. Bij mensen met diabetes insipidus zal de concentratie ADH in het bloed niet stijgen ondanks de stimulatie van arginine. Door onder andere de copeptine, wat een afgeleide is van het ADH, te bepalen in uw bloed (na het toedienen van arginine) heeft uw dokter een beter beeld of er bij u sprake is van diabetes insipidus. 

Er is ook een vorm van diabetes insipidus (nefrogene diabetes insipidus) waarbij de nieren niet in staat zijn om voldoende te reageren op de productie van ADH. Daar is deze test niet voor bedoeld. Dit kan beoordeeld worden door een bloedafname waarbij het copeptine bepaald wordt zonder dat er van tevoren arginine toegediend wordt. Dat is meestal al gedaan voorafgaand aan deze test.

Diabetes insipidus heeft als ziekte niks te maken met diabetes mellitus (suikerziekte). Enkel de symptomen van diabetes insipidus lijken sterk op die van diabetes mellitus, zoals dorst en veel plassen. 

Meer informatie

Om onderstaande sites kunt u meer informatie vinden:

Gerelateerde informatie

Code INT 90-O

Terug naar boven