Leefregels en oefeningen na borstsparende operatie (oncoplastische reductie)

Leefregels

• U mag uw arm bij uw persoonlijke verzorging meteen weer gewoon gebruiken. Denk aan aankleden, haren kammen, tanden poetsen, enzovoort.
• U mag uw arm in de 1e week tot de hoogte van uw schouder bewegen. Vanaf week 2 mag u uw arm steeds hoger gaan bewegen. Hierbij mag u lichte rek voelen, maar de beweging mag niet meer pijn gaan geven.
• Voor goede genezing van de wond is het belangrijk dat u uw arm regelmatig laat rusten, bijvoorbeeld op een kussen.
• U mag de eerste 6 weken niet op uw buik slapen. Slaap bij voorkeur ook de eerste maanden nog niet op uw buik.
• U mag na de operatie rustig en kort douchen, ook als u eventueel nog een drain hebt. Gebruik geen ontvettende en/of geparfumeerde zeep, shampoo of doucheschuim. Dep de huid na het douchen goed droog. Wrijf niet.
• U mag de eerste 6 weken niet in bad.
• U mag de 1e week maximaal een halve kilo tillen. U mag dit na 1 week uitbreiden naar 5 kilo. U mag na 6 weken beginnen om nog zwaarder te tillen, tenminste als dit niet pijnlijk is.
• U mag de eerste 4 weken niet fietsen. Tussen de 4e en 6e week mag u dit weer voorzichtig proberen.
• Volgens de wet mag u weer autorijden zodra u dit zowel lichamelijk als geestelijk weer veilig kunt: dit is een algemene norm waarbij u zelf de inschatting moet maken of u weer veilig kunt autorijden. Wij adviseren u om hier 3 tot 4 weken mee te wachten. Wanneer u nog pijn heeft of beperkingen ervaart, overleg dan met uw behandelend arts. Indien u nog medicijnen gebruikt bijvoorbeeld pijnstillers, dan staat in de bijsluiter of en wanneer het verantwoord is te rijden. 
• U mag vanaf de 2e week weer licht huishoudelijk werk doen. Denk aan koken, stoffen of de was vouwen.
• Vanaf de 6e week mag u weer zwaar huishoudelijk werk doen. Denk aan stofzuigen, de wasmand tillen, boodschappen doen, enzovoort.
• Afhankelijk van het type sport, mag u in overleg met uw plastisch chirurg en fysiotherapeut in principe na ongeveer 3 maanden weer sporten. Bouw dit rustig op.
   

Belangrijke tips bij het oefenen:

• Doe alle oefeningen 2 keer per dag. Herhaal elke afzonderlijke oefening 10 keer.
• Oefen in een rustig tempo.
• Het is belangrijk dat u géén pijn heeft. Oefen zo nodig minder intensief.
• U kunt beter wat vaker en korter oefenen, dan één keer lang.
• Let goed op uw houding. Het helpt als u de oefeningen voor een spiegel doet.

Oefening 1

Beweeg uw schouders naar beneden. Beweeg daarbij uw ellebogen tegelijkertijd naar achteren.

Oefening 2

Houd de ellebogen ontspannen tegen uw bovenlijf aan. De onderarmen zijn 90 graden gebogen. Draai uw onderarmen naar binnen en weer naar buiten. 

Oefening 3

Laat uw arm hangen. Houd uw vingers iets gespreid. Draai de hand zo dat u erin kijkt. Maak een vuist en breng deze naar uw schouder en terug.

Oefening 4

Vouw de handen in elkaar. Beweeg de armen omhoog en weer terug. Trek uw schouders niet op en houd de romp stil. 

De 1e week mag u deze oefening tot de hoogte van uw schouder doen (zoals op het plaatje afgebeeld). Daarna mag u proberen uw armen hoger te gaan bewegen. Bij deze oefening mag u licht rek voelen, maar de oefening mag niet meer pijn gaan geven.

Oefening 5

Leg de handen op de schouders. Beweeg de ellebogen horizontaal naar buiten tot schouderhoogte, en rustig weer terug.

U heeft 4 weken na de operatie een controleafspraak bij de fysiotherapeut. De fysiotherapeut geeft onder andere verdere informatie en adviezen. Ook wordt dan uw  schouderfunctie gecontroleerd en krijgt u zo nodig oefeningen om de beweeglijkheid van de schouder te verbeteren.

Deze afspraak valt onder de aanvullende verzekering voor fysiotherapie. Als u geen aanvullende verzekering hiervoor heeft ontvangt u zelf de rekening voor deze afspraak.

Heeft u vragen? Dan kunt u contact opnemen met Fysiotherapie.